Het wordt al lange tijd gewaardeerd dat atriumflutter en atriumfibrilleren een klinische relatie hebben. Nu, met de technologische vooruitgang die meer geavanceerde elektrofysiologische studies mogelijk maakt, vooral karteringsstudies, hebben we ons begrip van deze relatie aanzienlijk verbeterd., Wat betreft de relatie bij atriumfibrilleren tot atriumflutter: atriumfibrilleren van variabele duur (zeer korte tot langdurige episodes) gaat in de meeste gevallen vooraf aan het begin van atriumflutter. Het lijkt erop dat tijdens de periode van atriumfibrilleren, de functionele componenten van het atriumflutter reentrant circuit worden gevormd. Dit is voornamelijk een bloklijn tussen de venae cavae. Als deze bloklijn zich niet vormt, vormt de klassieke atriale flutter zich niet. En als deze lijn van blok verkort of verdwijnt, klassieke atriale flutter verdwijnen ook., In feite zou men kunnen zeggen dat het belangrijkste verschil in de vraag of klassieke atriale flutter of atriale fibrillatie zich ontwikkelt is of een lijn van blok vormt tussen de venae cavae. Met betrekking tot de relatie van atriumflutter tot atriumfibrilleren: Studies hebben aangetoond dat een driver (een enkele focus of reentrant circuit van zeer korte cycluslengte) verantwoordelijk kan zijn voor het veroorzaken van atriumfibrilleren door het produceren van fibrillatoire geleiding naar de rest van de atria., In experimentele modellen, die nu bij patiënten beginnen te worden aangetoond, kan deze driver een stabiel reentrant circuit van zeer korte cycluslengte zijn, d.w.z. een snelle vorm van atriale flutter, als je wilt. In feite is er waarschijnlijk een spectrum van deze korte cycluslengtes die gedeeltelijk afhankelijk zijn van waar het reentrant circuit (dat wil zeggen, “atriale flutter”) bestaat. Wanneer het stabiele reentrant circuit van voldoende korte cycluslengte is, zal het slechts kleine delen van de atria activeren op een 1: 1 manier. De rest van de atria zal onregelmatig worden geactiveerd, resulterend in atriumfibrilleren., Onstabiele reentrant circuits kunnen ook hetzelfde doen. Kortom, het lijkt erop dat er verschillende mechanismen van atriumfibrilleren zijn, waarvan er één te wijten is aan een vorm van zeer snelle atriale flutter.