De blauwgeringde octopus behoort tot het geslacht Hapalochlaena, dat vele soorten omvat. Ze hebben allemaal dezelfde eigenschappen: klein formaat, pigmentatie in de huid die blauwe ringen vormt en een krachtig gif.
de belangrijkste geografische verspreiding van de blauwgeringde octopus strekt zich uit van Japan tot Australië en het tropische gebied, hoewel hij afhankelijk is van de soort. Deze octopussen zijn klein, 5-10 cm lang, hoewel sommige exemplaren 15 cm kunnen bereiken. Het gemiddelde gewicht ligt tussen de 25 en 80 gram., Ze voeden zich voornamelijk met kleine krabben en garnalen, maar kunnen zelfs zwakke of stervende vissen eten die groter zijn dan zijzelf.
De naam komt van de karakteristieke blauwe ringen op de huid, die min of meer duidelijk kunnen zijn afhankelijk van of het zich verbergt of alert blijft. Blauwgeringde octopussen gebruiken drie structuren die op hun huid aanwezig zijn om van kleur te veranderen: chromatoforen, iridoforen en leucoforen., De chromatoforen zijn met pigment gevulde zakken die door de omringende spieren worden gecontroleerd. Buigen en samentrekken van deze spieren kan uitbreiden of krimpen de zakken, het veranderen van de totale verschijning in milliseconden. Daaronder bevinden zich iridoforen, die iriserende kleuren genereren, zoals het blauw van de ringen. En tot slot zijn de leukoforen witte reflectoren die helderheid en contrast toevoegen aan het algemene beeldscherm.
het gif dat door deze octopussen wordt geproduceerd, kan tot 10 verschillende verbindingen bevatten, met name tetrodotoxine, een neurotoxine dat ook in kogelvis wordt aangetroffen., Tetrodotoxine valt het zenuwstelsel aan en veroorzaakt spierverlamming die, indien niet verzorgd, de dood kan veroorzaken. Er is geen tegengif voor het gif, maar er zijn geassisteerde levensondersteunende methoden waarmee een persoon in leven kan worden gehouden tot de volledige verdrijving van het GIF, na 24 uur. Dit toxine wordt gemaakt door bacteriën symbiotische met de octopus die de speekselklieren bewonen, het kan ook worden gevonden in kogelvis, manteldieren en zeeslakken onder anderen.